Reportages
Op 7 oktober 2017 was het vijf jaar geleden dat Ivo Michiels overleed. Lars Bernaerts en Sigrid Bouset vroegen aan acht auteurs en aan zijn echtgenote om hun geliefde auteur sprekend in leven te houden.
Op zondag 8 oktober om 11 u. werd dit huldenummer van DW B ...
Ik wil niet sentimenteel doen. Maarten van der Graaff naast Hakim ik weet niks
De daklozenkrantverkoper gaf me twee A4???tjes. ???Mooie gedichten, moet je lezen.??? Vanaf dat moment kreeg hij een naam voor me: Hakim ik weet niks. Dat pseudoniem herkende ik, ik had zijn gedichten vaker in de schrijfrubriek van de daklozenkrant gelezen. Toen al waren ze me opgevallen als interessanter en beeldrijker dan de gemoedsuitstortingen die meestal in het blad te vinden zijn. Maar met de twee langere gedichten die ik nu in handen had gekregen maakte hij pas echt indruk. Ze gingen bovendien volop resoneren met de bundel Vluchtautogedichten van Maarten van der Graaff die ik op dat moment aan het lezen was.
De artiest in heel Utrecht
Het eerste van Hakims twee titelloze gedichten opent ijzersterk:
Ik ben een vliegtuig
Voor iedereen
Ik ben een station
Van het hele vliegtuig
Maar ik weet niet waar ik heen ga vliegen
De piloot weet het
Ik ga vliegen zonder oog
En zonder hart
Wat een fascinerende beelden: het lyrische ik ontpopt zich achtereenvolgens als ???een vliegtuig??? en als ???een station / Van het hele vliegtuig???. Hij benoemt zichzelf dus als een transportmiddel en een terminal tegelijk, die is overgeleverd aan de piloot die, anders dan hij, wel weet waarheen de vlucht gaat. Ik lees dit als een beeld voor dakloosheid. Niet alleen zijn doorvoerhavens als stations bij uitstek de plekken waar veel daklozen schuilen ??? dat gold voor Hakims Utrecht net zozeer, tot 2003, toen er een hard repressief beleid tegen slapen op straat werd ge??ntroduceerd ??? ook daklozenkrantverkopers zelf bevinden zich permanent in ???doorvoerruimtes???, omdat ze dagelijks honderden mensen zien passeren die geen oog voor hen hebben. Het is dan ook verleidelijk om in de laatste twee regels hierboven een verwijzing naar de blindheid en gevoelloosheid van het winkelende publiek te lezen. Dat dit geen vergezochte interpretatie is, blijkt verderop in het gedicht, wanneer de tekst een misschien wat al te expliciete wending neemt naar de confrontatie tussen de ik-figuur en het publiek: ???Ik zeg tegen mensen, begrijp mij / Maar mensen begrijpen mij niet / Ze zeggen: sorry, ik heb niets voor jou???.
Het vervolg van deze tekst lees je in de pdf-versie.